Wetgeving
Het beslag op en de executie van vermogensrechten zijn niet alleen in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) geregeld, maar ook in andere wetgeving. Het beslag en de executie zijn voor bepaalde vermogensrechten niet apart geregeld.
In Rv geregelde rechten
Voorbeelden:
- vorderingen op naam (art. 475 Rv e.v.)
- rechten aan toonder of order (art. 474a Rv)
- aandelen op naam in NV of BV (art. 474c Rv e.v.)
- andere aandelen en effecten (art. 474aa Rv)
De executie van deze rechten is apart in het Rv geregeld.
In bijzondere wetgeving geregelde rechten
Voorbeelden:
Regels onroerende zaak
Het octrooirecht is geregeld in de Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995). Het kwekersrecht is geregeld in de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 (ZPW). Beide wetten verwijzen naar de regels voor verhaalsbeslag on een onroerende zaak.
Niet geregelde rechten
Voorbeelden:
- aandelen in een effectendepot
- auteursrecht (mits overgedragen, zie art. 2 lid 3 Aw);
- databankrecht
- merkrecht
Vangnetartikel
De executie van niet geregelde rechten en van niet opeisbare rechten waarop beslag onder derden mogelijk is, worden geregeld in een vangnetartikel, art. 474bb Rv. Het artikel bepaalt dat die rechten kunnen worden geëxecuteerd met overeenkomstige toepassing van de bepalingen over beslag op roerende zaken (art. 439 Rv e.v.).