Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Wanneer beslag is gelegd op een vordering tot weerkerende betalingen die niet in art. 475c Rv is omschreven en de schuldenaar onvoldoende andere middelen van bestaan heeft, kan hij de kantonrechter verzoeken art. 475b Rv en art. 475d Rv (beslagvrije voet) op die vordering van toepassing te verklaren (art. 475f Rv).

  • Onder weerkerende betalingen moeten worden verstaan de periodieke en min of meer geregelde betalingen die niet al opgesomd zijn in art. 475c Rv.
Procedure

De gewone regels voor de verzoekschriftprocedure zijn van toepassing (art. 261 Rv). De relatief bevoegde kantonrechter is die van art. 262 Rv, maar mogelijk ook de kantonrechter in het rechtsgebied waar het beslag is gelegd (vgl. art. 438a lid 1 Rv).

Rechtspraak

De beslagvrije voet geldt niet voor vorderingen van een schuldenaar die niet in Nederland woont of vast verblijft (art. 475e Rv, eerste volzin).

Verzoek toepassing beslagvrije voet (art. 475e Rv)

Wanneer de schuldenaar evenwel aantoont dat hij buiten de hiervoor bedoelde vorderingen onvoldoende middelen van bestaan heeft, kan de kantonrechter op zijn verzoek een beslagvrije voet vaststellen voor die vorderingen, mits de betreffende schuldenaren woonplaats in Nederland hebben (art. 475e Rv, tweede volzin).

Rechtspraak