Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Bodemverhuur. Geen schijnhandeling. Geen ongeoorloofde oorzaak.

Feiten

Timmerfabriek Verlinde BV heeft haar inventaris en bedrijfsmiddelen overgedragen aan NMB tot zekerheid van al hetgeen Verlinde aan NMB te eniger tijd verschuldigd is of mocht worden. Verlinde gaat failliet. NMB heeft een opeisbare vordering.

De curator van Verlinde en NMB sluiten een huurovereenkomst voor drie maanden. Een dag nadat de huur is ingegaan, legt de ontvanger beslag op inventaris en bedrijfsmiddelen.

De ontvanger wijst het bezwaar van NMB tegen het beslag af en zegt tevens de verkoop van de in beslag genomen goederen aan.

NMB start een kort geding tot opheffing van de gelegde beslagen en tot het verbieden van de verkoop.

President rechtbank, hof en Hoge Raad

De president van de rechtbank geeft de NMB gelijk en heft het beslag van de ontvanger op. Het hof bekrachtigt het vonnis en de Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep van de ontvanger.

Hof en en Hoge Raad oordelen dat het sluiten van de huurovereenkomst geen schijnhandeling is, omdat de partijen die overeenkomst werkelijk hebben gewild.

Van een ongeoorloofde oorzaak is evenmin sprake. Een overeenkomst waarbij de curator een gebouw waarin zich tot zekerheid overgedragen goederen bevinden, aan de zekerheidseigenaar verhuurt met als gevolg dat deze die goederen niet terstond na de bedrijfsbeeindiging behoeft weg te voeren en tegen mogelijk hogere kosten elders op te slaan, heeft geen ongeoorloofde oorzaak, ook al hebben partijen bij het sluiten van deze overeenkomst mede voor ogen gehad dat dit wegvoeren aldus ook niet meer met het oog op een eventueel bodembeslag van de ontvanger zou behoeven te geschieden.

In het midden kan blijven in hoeverre op een zodanige overeenkomst en de eventueel daardoor ontstane feitelijke situatie een beroep jegens de ontvanger kan worden gedaan in geval de curator en de zekerheidseigenaar zich kennelijk slechts ten doel hebben gesteld aldus een reeds dreigend bodembeslag te frustreren. Het hof heeft immers vastgesteld dat dit geval zich hier niet voordoet.

Gerelateerde artikelen