1.
Bij een verblijf in een inrichting is de norm per kalendermaand, indien het betreft:
-
een alleenstaande of een alleenstaande ouder: € 304,18;
-
gehuwden: € 473,13.
2.
Het bedrag van de norm, bedoeld in het eerste lid, wordt verhoogd met:
-
voor een alleenstaande of een alleenstaande ouder € 39,00;
-
voor gehuwden € 85,00.
3.
Indien een van de gehuwden in een inrichting verblijft, is de norm de som van de normen die voor ieder van hen als alleenstaande of alleenstaande ouder zouden gelden.